Spanje, Catalunya, Pyreneeën, Pallars, La Pobla de Segur

Magische trektocht in de Pyreneeën

VAN DAG TOT DAG

Dag 1

Aankomst en welkom in La Pobla de Segur

Ontvangst en welkom in La Pobla de Segur. Uitgebreide uitleg van de trektocht in het hotel.

Kom je met de trein vanaf Lérida (Lleida), dan wordt je opgehaald van het station.

De Tren dels Llacs, waarvoor het retourticket is ingegrepen, rijdt vanuit Lleida naar La Pobla de Segur via de meren en door de kloven van het Mont Rebei gebergte. Een belevenis op zich en een hele mooie start van de reis.

Dag 2

Etappe 1. La Pobla de Segur - Peramea

La Gegante Adormida (de slapende reuzin)

Startend vanuit La Pobla de Segur begint de route met een rustige stijging richting de Col de Montsor (1.170 m). Tijdens het stijgen wordt het uitzicht steeds indrukwekkender. Zowel op de ronde rotsen van de Turó de la Llosa voor je als op het stuwmeer Sant Antoni van de Ríu Noguera Pallaresa in het zuiden. In de verte zie je het Montsec-gebergte, met duidelijk zichtbaar de twee diepe kloven van Terradets (links) en Mont-Rebei (rechts). Zeker een bezoek en wandeling waard bij een andere gelegenheid.

De oude paden zijn hier en daar nog voorzien van een eeuwenoude ‘keien-bestrating’ en geven je als wandelaar het idee dat je bij elke stap terug in de tijd gaat. Ben je eenmaal over de Montsor, dan daal je af naar de rivier in het dal en heb je zicht op de bergrug van de Slapende Reuzin, La Geganta Adormida, en het kleine dorpje Peracalç.

Net voorbij het dorp (let op de drie stieren) steek je de bergrug over en zie je het ommuurde middeleeuwse Peramea al in de verte liggen. De Reuzin zie je, met enige fantasie, pas echt liggen als je terugkijkt naar de bergrug als je bijna in het dorp bent. Neem plaats op het enige terras in het dorp en geniet van de rust om je heen.

Dag 3

Etappe 2. Peramea - Beranui

Het heksenfeest van de Serraspina

Na een welverdiende nachtrust in het dorpje Peramea gaat de route weer verder vanaf de centraal gelegen monumentale iep en pomp. Het eerste deel van deze etappe is eigenlijk één lange klim, waarbij je onder andere het mooi gerenoveerde dorpje Sellui zult passeren, op weg naar boven.

Het hoogste punt van de etappe ligt net iets boven de 1.500 meter, waarbij je de rug van de Serraspina (of Serra Espina) oversteekt. Deze bergrug is volgens de overleveringen doordrenkt van zwarte magie. Een goede reden om vooral niet te overnachten op de berg zelf, maar de afdaling in te zetten naar de groene Vall Fosca (de donkere vallei) richting het dorpje Beranui.

Onderweg naar beneden kom je de ruïnes tegen van het middeleeuwse Gramenet. De laatste inwoonster vertrok er in 1966. De legende over de jaarlijks terugkerende hagel die het dorpje teisterde, staat beschreven in het uitgebreide routeboek dat je ontvangt. Maar ook de herbergier in Beranui kan je hier zeker meer over vertellen.

Dag 4

Etappe 3. Beranui - Les Esglésies

Pont del Diablo (de duivelsbrug)

Via een oud pad daal je af van Beranui naar de Plana de Mont-Ros. Vanaf Mont-Ros klim je langs een oude mijn weer de hoogte in naar het dorpje Castell-Estaó. Eenmaal boven heb je een prachtig uitzicht over de Fosca vallei. De route blijft nu langere tijd redelijk op hoogte met hier en daar korte afdalingen en beklimmingen.

De eikenbossen waar je op een gegeven moment doorheen loopt zijn tot midden vorige eeuw gebruikt voor de productie van houtskool, die met ezels naar Senterada werd vervoerd. Hierbij moesten de Arrieros (muilezeldrijvers) ook over de gevaarlijke Pont del Diable (de duivelsbrug), toen nog zonder leuningen aan de zijkanten. In vroeger tijden maakten de ezeldrijvers de ezels van elkaar los voordat ze bij de brug aankwamen, zodat ze bij een misstap niet allemaal in de afgrond zouden verdwijnen.De brug over de smalle maar zeer diepe kloof spreekt tot de verbeelding als je bedenkt hoe men deze al in de 11e eeuw heeft kunnen bouwen. Misschien was het toch wel het werk van de duivel. De legende gaat immers dat de brug in één nacht is gebouwd.

Vervolgens klim je weer uit de kloof omhoog naar de ruïnes van La Bastida de Bellera om daarna af te dalen richting Vilella en Xerallo. Hier staat de inmiddels verlaten cementfabriek waarmee alle stuwdammen in de regio zijn gebouwd. In Les Esglésies ben je op het eindpunt van de etappe en word je ontvangen bij Casa Rural La Batlle.

Dag 5

Etappe 4. Les Esglésies - Senterada

La Casa Encantada (het behekste huis)

De etappe van Les Esglésies naar Senterada is de langste van de tocht, met een geschatte duur van 7,5 uur. Dus vroeg vertrekken is de beste optie. Je start met een klim van 400 meter naar Prat d’Hort waarbij je met uitzicht wordt beloond. Na ruim 15 km loop je over de heuvelrug van de Serra de Comillini en kom je bij een dolmen die bekend staat als La Casa Encantada ofwel het behekste huis.

De plek voor de dolmen is goed gekozen want je hebt vandaar een prachtig weids uitzicht. Ook een slimme plek voor een pauze. Want een stevige afdaling door het bos naar het in het dal gelegen Cadolla volgt. Na de rivier beneden in het dal, loop je door naar het kleine gehucht Naens. Om dan de daling in te zetten naar Senterada aan de Ríu Sarroca.

Je logeert deze avond in Casa Leonardo van Mireia Fontde drijvende kracht achter de tocht. Een bijzondere en verrassende accommodatie. Zo was het vroeger ooit de supermarkt van het dorp en tegenwoordig is het net een klein museum. Je kunt nagenieten van deze lange wandeling op het terras in de schaduw aan de rivier.

Dag 6

Etappe 5. Senterada - La Pobla de Segur

Llac Montcortès (het vijfde meer)

Na je ontbijt bij Casa Leonardo klim je bergop over de herderspaden afwisselend door open terrein en bos. Na ongeveer 2 uur kom je bij het op 1.000 meter hoogte gelegen Estany de Montcortès, lokaal ook wel het vijfde meer genoemd. El Cinquè Llac in het Catalaans. Een bijzonder meer want het wordt niet gevoed door rivieren, maar door ondergrondse bronnen. Vervolgens ga je over de inmiddels bekende Slapende Reuzin, op weg naar de ruïnes van Montsor. In het verlaten dorp Montsor kun je kiezen uit 2 opties om de laatste 3 kilometer terug te wandelen naar La Pobla-de-Segur.

Optie één is de route via de Roca Foradada. Een mooie route over de bergrug waarbij je aan beide zijden prachtig uitzicht hebt. Dit stuk is voor ervaren wandelaars omdat er enkele stukken bij zijn die je moet overbruggen met een ladder en/of een ketting. Minder geschikt voor mensen met hoogtevrees of bij regenachtig weer.

De andere optie is zeker zo mooi. Hierbij neem je het oude Montsor-pad, waarover je ook naar boven bent gelopen op de eerste dag. Tijdens deze afdaling hoef je minder op te letten waar je je voeten neerzet en heb je dus meer tijd om te genieten van het uitzicht op het meer van Sant Antoni.

Na het dalen is het goed rusten op het centrale dorpsplein in La Pobla de Segur voordat je de laatste 3 kilometer met 250 meter hoogteverschil gaat lopen naar Casa Churchill in Claverol. Dit kan ook met eigen vervoer. Een bijzondere laatste overnachting op een berg met een fantastisch uitzicht.

Dag 7

Vertrek

Na een week wandelen vertrek je ontspannen en voldaan.

Met de Trein: Afhankelijk van de vertrektijd van je retourvlucht, word je opgehaald en naar het station van La Pobla de Segur gebracht. Van daaruit neem je de merentrein retour en vanaf Lleida naar Barcelona, Reus of Girona met OV.

Met de huurauto rijd je vanaf La Pobla in iets meer dan 2 uur weer terug naar een van de vliegvelden van Barcelona, Reus of Girona.

Transhumance in de Pyreneeën
Transhumance bij Peramea

KAART

Hoewel de tocht is bewegwijzerd kan het toch soms handig zijn om de gehele officiële track (2014) van de ontwerper en herbergier Mireia Font y Vidal bij de hand te hebben. Te gebruiken in alle navigatie-programma’s.  (Download het bestand via het GPX icoontje rechtsboven bij de kaart)